De Amerikaanse begraafplaats te Margraten is de enige Amerikaanse militaire begraafplaats op Nederlands grondgebied. Drie maanden na de succesvolle geallieerde landing op de stranden van Normandië op 6 juni 1944 – D-day – hadden de geallieerde troepen grote vooruitgang geboekt met de verovering van Luxemburg en België en de betreding van Nederland. De bevrijding van Limburg en daarop volgend de in Duitsland waren aanstaande. Het Duitse leger begon haar verdediging te stabiliseren rond de aan de westgrens van Duitsland gelegen Siegfriedlinie.
De leiding van het Amerikaanse 9de leger ging ervan uit dat bij de aanvallen op de Roer en de Rijn De oversteek van de Rijn) en de opmars naar Berlijn vele doden zouden vallen. Omdat men geen Amerikaanse soldaat in Duitse bodem begraven, werd in oktober 1944 besloten een Amerikaanse begraafplaats in te richten in Zuid-Limburg.
Op bevel van majoor James McCormick van van de Quartermaster Section van het Amerikaanse 9de Leger klopte kapitein Joseph Shomon, commandant van 611 Graves Registration Company (611 GRC) aan bij het gemeentehuis van Margraten. Zijn verzoek om een Amerikaanse begraafplaats in te richten in landbouwgebied ten westen van Margraten werd door de burgemeester ingewilligd. Later gaf de Nederlandse regering de grond – ruim 26 hectare – voor eeuwig in bruikleen aan de Amerikaanse regering.
De infrastructurele aanleg van de begraafplaats werd uitgevoerd door 172 Engineer Combat Batallion. De leiding over het gehele proces van identificeren en begraven van de gesneuvelden was in handen van 611 GRC, dat onder leiding stond van majoor McCormick. De dagelijkse leiding was in handen van kapitein Joseph Shomon, commandant van 611 GRC.
Op 10 november 1944 werd de begraafplaats in gebruik genomen. Veel van het werk – de aanleg van de graven, het ontdoen van de lijken van kleding en persoonlijke bezittingen, en het verplaatsen en begraven van de lijken – werd uitgevoerd door mannen van 960 Quartermaster Service Company (960 QSC) en vanaf midden december door mannen van 3136 QSC. Deze eenheden bestonden nagenoeg volledig uit Afro-Amerikaanse soldaten. Enkel officieren waren blanken.
Video: Informatieve film over het werk van de Graves Registration Company.
Boek: ‘Van Alabama naar Margraten’ vertelt het verhaal van de Afro-Amerikaanse grafdelver Jefferson Wiggings van 960 QSC.
Afro-Amerikaanse soldaten ‘processen’ stoffelijke resten.
Bron: US Army Signals Corps / Collectie Mr. Kimo McCormick via Arie-Jan van Hees
Afro-Amerikaanse soldaten zijn bezig met de aanleg van graven.
Bron: US Army Signals Corps / Collectie Mr. Kimo McCormick via Arie-Jan van Hees
De uitgestrekte verlatenheid van de begraafplaats.
Bron: US Army Signals Corps / Collectie Mr. Kimo McCormick via Arie-Jan van Hees
De begraafplaats in 1944 vanuit de lucht. In het midden de begraafplaats voor de Amerikaanse gesneuvelden.
Bron: US Army Signals Corps / Collectie Mr. Kimo McCormick via Arie-Jan van Hees
Jassen en schoenen van gesneuvelden die nog goed zijn worden klaargemaakt voor hergebruik.
Bron: US Army Signals Corps / Collectie Mr. Kimo McCormick via Arie-Jan van Hees
Majoor James E. McCormick
Bron: Collectie Mr. Kimo McCormick via Arie-Jan van Hees